maandag 26 oktober 2015

Tevreden

Onlangs dacht ik met weemoed terug aan mijn cassettebandjes. Bij de laatste verhuizing heb ik mijn cassettedeck en pick-up de deur uitgedaan. Mijn lp’s en cassettebandjes hebben dezelfde route de deur uit gevolgd. Mijn elpees schijnen nog ergens een tweede (in sommige gevallen derde) leven te lijden, maar mijn cassettes zijn bij het vuil terecht gekomen. Dat vinyl in bepaalde kringen weer (of nog) populair is, wist ik wel. Dat ook cassettebandjes nog te koop zijn, verbaasd me meer. Je moet er overigens wel wat meer je best voor doen dan in de jaren ’80. 

Ik herinner me nog goed de tijd die ik doorbracht met mijn wijsvinger boven de rode REC. knop van mijn cassetterecorder. Hierbij wachtte ik tijdens de TOP40 op het moment dat de deejay klaar was met de aankondiging van een nummer dat ik wilde opnemen. Met een beetje geluk lukte het om niet al te veel te missen van het intro, maar evenzo vaak begon de deejay toch weer te praten en kon ik opnieuw beginnen. Terugspoelen en wachten op het volgende nummer. Ook het einde was altijd een spannend moment, hoe lang kon je blijven opnemen zonder dat er doorheen gepraat werd? Zo had ik bandjes vol met muziek. 

Opnames van elpees was natuurlijk stukken makkelijker. Lenen bij de bibliotheek was een goede optie, maar dan had je vaak te maken met krakende of zelfs overslaande exemplaren. Toch was ik destijds zeer tevreden met mijn verzameling van muziek, zowel elpees als cassettebandjes. 

Laat ik dan maar meteen de videobanden noemen. Ook deze zijn samen met de videorecorder verdwenen. Videobanden zonder strepen en ruis waren bij mij een zeldzaamheid. Ik herinner me dat de kwaliteit van een videorecorder onder andere werd afgemeten aan hoe goed het stilstaande beeld was. Stond dat echt stil of leek het op een scene dat zwaar leed aan Parkinsons? Ook daar heb ik echter heel wat avonden tevreden mee doorgebracht. Kijkend naar eigen video’s of een videoband die uit de videotheek werd geleend. Wat heb ik laatst smakelijk gelachen om een vriend die in 2014 nog ergens een video wilde gaan huren. 

Nu luister ik muziek via Spotify en kijk ik films op Netflix. Als dat niet snel genoeg opstart of ook maar even hapert, ben ik al ontevreden. Hoewel de kwaliteit en beschikbaarheid van muziek en beeldmateriaal de afgelopen dertig jaar dus dramatisch zijn verbeterd, weet ik niet of mijn tevredenheid gelijke tred heeft gehouden. Het lijkt van niet. Kennelijk ben ik gewend geraakt aan de nieuwe mogelijkheden en stem ik daar mijn verwachtingen op af. Hoe zal zich dit de komende dertig jaar ontwikkelen? Kijk ik dan ook terug op de kneuterige manier waarop ik nu naar muziek luister en naar televisie kijk? 

Ik zal in elk geval met een glimlach terugdenken aan mijn cassettebandjes als bij mij thuis het internetsignaal er uit ligt en ik eens geen Spotify of Netlix kan ontvangen. 

zondag 5 april 2015

Stoer

Ik bevind me in de gelukkige omstandigheid dat ik dagelijks naar mijn werk kan fietsen. Dat vind ik heerlijk om te doen. ’s Ochtends is het lekker wakker worden en op de weg terug kan ik heerlijk alles van mij af laten glijden. Zo begin ik fris aan de avond. Onlangs moest ik denken aan mijn slogan, die ik vast ergens vandaan heb. Dapper en dom liggen zeer dicht bij elkaar en stoer is in de meeste gevallen gewoon stom. Waardoor kwam het dat ik hier aan moest denken?

Rond het tijdstip dat ik mij weer op het stalen ros hijs om naar huis te gaan, fietsen ook de laatste scholieren richting huis. Dat laatste neem ik aan, hoewel ze er niet heel veel haast mee lijken te hebben. Van de wetten van Newton en gyroscopische momenten schijnen ze geen last te hebben. Het is een wonder om te zien dat ze niet met fiets en al omslaan. Sterker nog! Ze weten er, naast het gebruik van hun mobiele telefoon, ook nog een blikje stimulerende drank bij achterover te slaan. Dit blikje moet natuurlijk, zodra het leeg is, met veel bombarie in de berm worden weggegooid.

Ik weet het: je kunt van scholieren op hun leeftijd nog niet verwachten dat ze alle consequenties van hun gedrag kunnen overzien. Na twee keer zullen ze toch wel onthouden dat wanneer je op de fiets een blikje gaat leegdrinken je halverwege de fietstocht met een leeg blikje in je hand zit. De derde keer moet je toch een betere oplossing hebben gevonden dan het weg te smijten in de berm. Moet de maatschappij dan zogenaamde blikvangers langs de weg zetten om er een soort spelletje van te maken? Blikjes basketbal? Het is absoluut niet stoer om daar je blikje in te gooien dus dit schiet volledig zijn doel voorbij. Waarschijnlijk verwacht de jeugd in de toekomst overal een basket aan te treffen waar ze hun rommel al rijdend in kunnen gooien.

Het zijn uiteraard niet alleen de scholieren. En het zijn ook niet alle scholieren. Vuilniszakken die in de natuur worden gedumpt en asbakken die op parkeerplaatsen worden geleegd. Kijk na sluitingstijd eens rond op het terrein rondom een McDonald’s drive in, talloze voorbeelden. We vinden met zijn allen dat de rommel zoals men die in landen als India aantreft echt niet normaal en smerig is. Ongedierte trekt het aan. Dat in Nederland het zwerfafval ook voer is voor ratten, muizen en ander ongedierte vergeten we voor het gemak maar even. Als we daar last van hebben dan bellen we wel een bedrijf of instantie om dat probleem op te lossen. Het heeft waarschijnlijk te maken met de westerse decadentie, luiheid en gemakzucht. Laat ik nou net wat dit betreft mijn hoop op toekomstige generaties hebben gevestigd.

Natuurlijk is het doel van stoere mensen dat anderen zich er druk om gaan maken en dat doel hebben ze bereikt. Wat dat betreft: petje af!